:::  Rik en Rien  :::


 


Toen Dorien boven was bleef haar voet achter de ladder hangen. En toen ze hem los trok viel de ladder om. De jongens stonden met open mond te kijken. En Jacobien riep, Dorien wat doe je nu? Ik heb de ladder omgeschopt, was haar antwoord.
Ja dat zien wij ook, zeiden Rien en Rik.  Nou, zei Dorien ze zullen ons heus wel komen zoeken hoor. Ja maar, ze zien van buiten niet dat wij hier zijn, zei Jacobien. Nou dan gaan we daar staan, daar kan je naar buiten kijken. En als we dan iemand zien gaan we heel hard roepen. Denk je echt dat ze hier komen zoeken? vroeg Rik aan Jacobien. Ik hoop het wel ..als wij om 6 uur niet thuis zijn om te eten dan gaan ze vast wel kijken waar we blijven. Wij zouden ook terug met de bus van half 6, zei Rien 
Nou, die haal je denk ik niet, zei Dorien; maar kom, we gaan naar buiten kijken. Kijk, daar loopt Radak, riep Jacobien .. Wie is Radak? vroeg Rik …dat is de vriend van Amira, antwoordde Jacobien. Kom we roepen heel hard. Radakkkkk!!!!!!!! Maar Radak hoorde niets ......Die denkt zeker weer aan Amira, zei Dorien. Nou, er zal zo nog wel iemand langskomen.
Het was ondertussen 6 uur en Jacobien zei, ze zullen zich nu wel afvragen waar wij zijn.
Ja, zei Dorien, en ze zullen ook wel weer denken,wat zijn ze nu weer aan het uitspoken. 
De jongens keken de meisjes aan en Rik zei, hoe bedoel je dat, spoken jullie zoveel uit ? 
Uhhhh soms wel, grinnikte Dorien. Jullie niet dan …..?Hmmm, zei Rien. De meisjes wisten genoeg en Jacobien zei, vertel ons daar een andere keer maar over.

Daar loopt iemand, zei Rik wie is dat ? Dat is Jolenstra, zei Dorien, hij heet Jopie. En met zijn allen begonnen ze Jopie te roepen. Jopie keek om zich heen maar zag hun niet, en liep weer door.  Ik krijg honger, zei Jacobien, die het nu wel erg lang allemaal vond duren. Kijk, daar lopen weer mensen, zei Rien. Dat zijn mijn papa en mama. riep Dorien. En ze hebben Bello onze hond bij zich. Die hoort mij vast wel. Bellooooo Belloooo. riepen ze in koor. Kijk hij spitst zijn oren, zei Jacobien. Hij hoort ons.... jippieeeeeee...!!!!! Bello begon te blaffen en trok aan de riem. Kijk, hij ziet ons, en papa en mama zien ons ook. Ja maar nu moeten we nog hier weg, zei Rien. En hoe komen wij nog thuis, rijd er nog wel een bus? Onze ouders zullen ook wel ongerust zijn ondertussen. Wat doen jullie daar? riep Dorien haar vader met een boos gezicht. We kunnen hier niet meer weg, riep Dorien en schreeuwde heel hard …de ladder naar boven toe is omgevallen en nu kunnen we niet meer naar beneden komen. 
Plotseling stopte er een politieauto aan de kant van de weg. 
De agenten stapten uit en liepen op Dorien haar ouders af. Wat bent u van plan? vroeg de agent aan Dorien aan haar vader die net op het hek wilde klimmen hek wilde klimmen en er nu bovenop zat.  Dorien die haar vader daar zag zitten schoot in de lach. Kijk mijn vader nu eens zitten, zei ze. De jongens en Jacobien lachten keihard mee.

Sttt.... zei Jacobien, je vader komt er aan met een agent. Zouden we straf krijgen? vroeg Rik. Weet ik niet, zei Rein, ze zullen wel willen weten wat wij hier doen. Nou we vertellen gewoon de waarheid. Dat jij hier komt wonen, zei Jacobien, en dat je wilt zien hoe het huis er komt uit te zien. Maar moet je eens zien hoeveel mensen er nu staan te kijken, zei Rik. Toen hoorden ze Dorien haar vader roepen: de ladder staat weer, jullie kunnen naar beneden komen.
Eenmaal beneden moesten ze het uit gaan leggen wat ze daarboven deden. Toen ze dat hadden gedaan moesten ze beloven om dit nooit meer te doen. Want het is best wel gevaarlijk zei de agent. De bouwvakkers lopen niet voor niets met helmen op.  Daar hadden de kinderen niet aan gedacht. Het was ondertussen al laat geworden, en Rik zei tegen Rien toen ze naar het hek liepen, ik denk dat onze ouders best ongerust zullen zijn. Ja, zei Rien dat zit er dik in Maar kijk eens, is dat niet jullie auto die daar staat?
De jongens hun ouders waren inderdaad ongerust geworden, en waren ook naar de bouwplaats toe gekomen. 
Ze stonden te praten met de moeder van Dorien en Jacobien haar ouders. Dorien haar moeder zei, eind goed al goed en nodigde de ouders van Jacobien en van de jongens uit om mee te komen naar hun huis om koffie te drinken. 
Ze zei, dan kunnen deze dames en heren een boterham eten en iets drinken, en ons dan ook haarfijn uitleggen waarom ze daar waren en wat er is gebeurd.

Einde

www.freakkids.nl